Iemand die alleen op pad gaat, is nooit een gemakkelijk persoon. Ofwel heeft hij van nature een wrede aard, ofwel is hij door het leven zo hardhandig behandeld dat hij zijn schil in drie lagen heeft afgeschud. Hij heeft de diepste steek in zijn hart ontvangen en is ook langzaam uit de afgrond geklommen. De wereld is hard en hij heeft het al lang verteerd en in zijn wezen omgevormd tot vastberadenheid. Leven is niet iets wat je roept, het is iets wat je doet terwijl je door de modder kruipt met gebalde tanden. Jij hebt de doornen die hij heeft doorgemaakt niet bewandeld, je hebt de glasscherven die hij heeft doorgeslikt niet geproefd, waarom zou je hem dan adviseren om goedhartig te zijn? Dergelijke mensen hebben al hun eigen harnas gevormd, met trots in hun houding, een rijke innerlijkheid, en alleen zijn is als samen zijn. Met bergen en zeeën in hun hart, waarom zouden ze zich dan in de mensenmassa begeven?
50,35K